Course Management Deel 1
Golfen op een tactische manier
Course management betekent simpelweg: hoe spelen we de baan waar we zijn op een (tactische) manier waardoor we zo weinig mogelijk invloed ondervinden van de omstandigheden zoals bijvoorbeeld de (weer) elementen en natuurlijk hindernissen.
Anders gezegd, hoe gaan we door de baan heen en spelen deze dusdanig dat we zo weinig mogelijk last hebben van wind, of bunkers, water hindernissen, out of bounds, rough, glooiingen in de baan en ander dingen die we tegen komen.
Speel je eigen spel
Hoe saai het ook klinkt, geen gekke dingen doen, zoek geen onmogelijke uitdagingen op, voor welk spelniveau dan ook. En daar hebben we het al, voor welk spelniveau dan ook. Het is logisch dat een speler met een handicap meer slagen in zijn of haar bagage heeft dan een beginnende golfer. Vandaar de algemeenheid: SPEEL JE EIGEN SPEL. Kijk dan ook niet te veel naar medespelers en ga zeker niet dingen uitproberen die zij wel kunnen en jij nog niet. Uitproberen doen we op de driving range.
Nadenken en rekenen
Nadenken is, wat kan ik, wat zijn de omstandigheden (weer) en wat zijn de mogelijkheden (problemen). Rekenen betekent, hoe ver sla ik met welke stok, wat heb ik onder controle en wat is de beste plek om met mijn volgende slag verder te spelen.
Met nadenken moeten we reëel zijn. Als de green nog 200 meter verwijderd is en ik sla maximaal 150 meter, dan moet ik het in twee keer doen. Ik zeg, doe het dan rustig in twee keer. Niet de eerste slag zover mogelijk en vervolgens een lastige slag naar de green of erger vanuit de rough.
Vervolgens gaan we kijken naar de omstandigheden. Heb ik bijvoorbeeld wind tegen dan is het belangrijkste dat ik moet accepteren dat ik een of misschien wel twee stokken minder ver sla. Veel mensen gaan dan harder slaan waardoor het mis gaat. Rustig blijven dus. Ligt er op 100 meter een waterhindernis dan moet ik dus zeker dus geen bal van 100 meter slaan, hou hierbij rekening met uitrollen. Als ik met mijn ijzer 6 100 meter sla moet ik dus een ijzer 8 slaan, die komt zeker niet in de hindernis, of een een hybride waarmee ik eventueel over de hindernis heen kan slaan. Of voor de hindernis spelen dus, of ruim er overheen. Hetzelfde geldt natuurlijk in geval van bunkers.
Algemene regel blijft: speel de bal naar een (veilige) plek vanwaar u dadelijk het beste verder kunt spelen. Beschouw de mogelijkheden van de baan, leg ze naast uw eigen mogelijkheden en neem een verstandige beslissing zodat u in zo weinig mogelijk slagen bij de green bent.
Rekenen betekent dat u weet hoe ver u met welke stok slaat. Voorts kijkt u aan het begin van elke hole naar de afstand en de lay out en gaat u rekenen hoeveel slagen u minimaal nodig heeft. Op bijvoorbeeld een vlakke hole van 300 meter kan iedereen zijn gang gaan. 300 meter is (een keer 300) 2 keer 150, 3 keer 100, 4 keer 75, 5 keer 60 enz. Speel weer je eigen spel. 3 keer 100 meter lijkt saai maar aan het einde van de rit gaat u wel met de prijzen naar huis. Deel elke keer als u een bal moet slaan de afstand die u tot de vlag heeft in vakjes van voor u bereikbare afstanden, maak een plan en blijf hierbij.
Algemeen geldt natuurlijk: als rechts out of bounds is mik dan een beetje op links. Als rechts water ligt hou de bal dan een beetje op links. Zijn er aan beide kanten problemen, neem een stokje minder voor meer controle, liever minder ver en recht dan iets verder met risico’s van dien.
In geval van een bunker voor de green
Ligt er links voor de green een bunker zorg dan dat u de green vanaf rechts aan kunt spelen. Hier moet u soms twee slagen eerder al rekening mee gaan houden. Hou bij uw stok keuze rekening met of de vlag voor of achter op de green staat. Wij mikken veelal op de achterkant van de green, als we een bal dan niet zo goed raken dan ligt hij nog steeds op de green. Voor de meer beginnende speler, mik midden op de green en niet op de vlag. Als de vlag voor op de green staat en ik mik op de vlag en ik raak hem niet goed dan ligt hij in bunker.
Vanuit de rough
Sla de bal beheerst naar een plek op de fairway, niet te ver. Vaak is nauwkeurigheid belangrijker dan afstand. Goed ‘course management’ betekent uw eigen ‘game plan’ en daarbij blijven. Maak echter bij elke slag een nieuw ‘game plan’. Het komt niet zo heel vaak voor dat u een hele hole, laat meerdere holes achter elkaar precies speelt zoals u dat had uitgedacht.
Voorbeeld
Hole 10 van golfbaan BurgGolf Zoetermeer
Dit is een par 4 van ongeveer 300 meter. De eerste 100 meter vlak naar een vrij steile heuvel toe. De bovenkant van de heuvel is ongeveer ruim 180 meter ver. Vandaar af is het dus nog ruim 100 meter tot de green. Natuurlijk is het mogelijk voor longhitters om met rug wind de green in een keer te halen, maar dat zijn er helaas maar weinig.
Als ik in het clubhuis achter de tee ga zitten zie ik drie kwart van de mensen met een driver afslaan waarna ze tegen de heuvel aan liggen en dus geen schot meer hebben naar de rest van de hole. Of erger de bal rolt naar rechts de rough in van waar uit de green helemaal niet meer te halen is. Ik denk dan bij mezelf, jammer dat mensen niet even nadenken: als je weet dat je geen 180 meter slaat, sla dan een rustige bal van 100 meter tot voor de heuvel, daar lig je vlak waardoor de volgende slag makkelijker zal zijn, van daar af een rustige slag op de heuvel en vervolgens een rustige 100 meter naar de vlag toe en bingo, de bogey is binnen.
Natuurlijk klinkt dat een beetje saai, maar ja elke keer binnen komen met een streep op deze hole is ook saai.
Golfmeester
Willem de Haes is PGA golfprofessional
en streeft ernaar om jouw golfspel leuker te maken en vragen op een duidelijke manier te beantwoorden.