Golf swing driver verbeteren
7 tips voor meer afstand en nauwkeurigheid!
1. Adresseren
Uw uitgangspunt moet zijn dat de bal lekker geraakt wordt. U weet uit eigen ervaring dat een écht goed geraakte bal meer voldoening geeft dan een toevallige verre bal. Zoek dus een comfortabele positie op. Als men zegt dat u breder moet gaan staan maar dit voor u niet werkt omdat het niet prettig aanvoelt, gaat u dus wat smaller staan. Een solide houding geeft meer comfort dan een houding van waaruit u meer moeite moet doen om te kunnen bewegen. De schouders en de armen vormen een driehoek.
2. De backswing
Zeker bij het slaan van een drive is het van groot belang dat de beweging uit de schouders komt en niet uit de handen. Laat de driehoek van de schouders en de armen dus intact door een goede rustige draai te maken. Ik zeg vaak tegen mijn leerlingen: ‘uw backswing is voor controle’, het heeft dus absoluut geen zin om een snelle backswing te maken. Vind een ritme dat controleerbaar is en beweeg daarin naar achteren, naar uw toppositie. De beweging naar achteren moet synchroon verlopen. Nogmaals: de backswing is voor controle! Van daaruit kunt u snelheid ontwikkelen.
3. De toppositie
De meest gemaakte fout bij het bereiken van de toppositie is dat mensen hun arm teveel strekken. Het overstrekken van de arm zet de schouder op slot die ervoor moet zorgen dat de downswing kan beginnen vanuit de heupen. Het gaat om de souplesse. Wanneer u, als rechtshandige speler, de linkerarm iets ontspant dan zult u meteen voelen dat de linker schouder tot in de rug toe losser blijft. Dit is een belangrijke voorwaarde voor een soepele downswing en voor veel (effectieve) snelheid.
4. Terug naar voren
Backswing is opwinden en downswing is afwikkelen. Bij een goede draai is de spanning het hoogst in het laagste punt. Van daaruit kan deze spanning zich dus het meest efficiënt loslaten. Als u goed kijkt, zijn er redelijk wat tourspelers die tijdens het laatste stukje van hun backswing al bezig zijn met het terugdraaien van hun heupen. Reden te meer om de boel bovenin ontspannen te laten. Wat ik weleens als hulpmiddel gebruik, is dat mijn leerlingen hun swing in de toppositie voor hun gevoel even stoppen. Vanuit dat rustpunt kunnen ze dan beginnen met een goede gewichtsverplaatsing vanuit de heupen voor een optimale snelheid.
5. Het moment van raken
Wanneer u een oefenswing maakt voor een spiegel dan kunt u zien of uw hoofd op het moment van het raken van de bal nog achter de bal is. Is dat niet het geval dan zult u snelheid verliezen en moeite hebben in de juiste swingbaan te blijven. Het is niet direct de bedoeling om hier te bewust aan te denken omdat u het dan wellicht gaat overdrijven waardoor u de bal gaat scheppen. Maar een juiste positie van het hoofd tijdens de swing geeft uw lichaam een goede mogelijkheid snelheid te ontwikkelen vanuit een effectieve rotatie.
Focus er bijvoorbeeld op dat u de bal met het midden van het slagvlak raakt. Hiervoor geldt hetzelfde als bij het stellen van doelen: hoe specifieker de focus, des te groter de kans van slagen. Daarnaast is het van belang dat de stok op het moment van raken een lijn vormt met de voorste arm. Dit geeft aan dat u optimaal door de bal bent gekomen.
6. De doorzwaai
Ik heb het altijd over indraaien-doordraaien-uitdraaien. Indraaien gebeurt vanuit uw toppositie, doordraaien doet u op het moment dat u de bal raakt (het onderste gedeelte van de swing) en het uitdraaien is het gevoel dat uw lichaam zich compleet afwikkelt. Dit moet in een vloeiende, ritmische maar ook zeker ontspannen beweging gebeuren en dat kan alleen maar wanneer dit vanuit rotatie komt. De rechterknie gaat vanzelf mee naar voren, evenals het hoofd. Veel golfers willen juist hier vaak te lang naar de bal blijven kijken, wat tot blessures kan leiden en een (grote) afwijking.
7. De eindstand
Bij het uitdraaien, draait u zo ontspannen mogelijk door naar een ontspannen eindstand. Oefen een uitgestrekte eindstand te bereiken, maar wel in balans te blijven. Uitgestrekt betekent dat de armen voor uw gevoel ‘lang’ naar voren zwaaien maar niet overstrekken, ook weer vanuit de rotatie dus. Als u deze eindstand enkele seconden vast kunt houden zonder om te vallen dan weet u al dat u een goede, verre bal heeft geslagen en dat geeft de voldoening die u zoekt.
Efficiëntere drives slaan (Total driving efficiency)
De term ‘Total driving efficiency’ beschrijft ‘Hoe goed (efficiënt) weet ik de energie van mijn swing over te brengen op de bal? Hoe ver vliegt de bal uitgaande van mijn clubhoofd snelheid?’
We willen allemaal verre drives slaan en we willen ook allemaal zoveel mogelijk ballen op de fairway slaan. Is dit te combineren? Ja dus. Waar heeft dit mee te maken, los van een goede set-up? Het antwoord is timing; het op het juiste moment overbrengen van het gewicht voor een optimale snelheidsoverdracht. Het moment van raken, het goed raken van de bal in de ‘sweet spot’ onder de goede invalshoek en een optimale versnelling door de bal heen naar een eindstand die in balans is.
Bekijk meer golftips & instructies
Golfmeester
Willem de Haes is PGA golfprofessional
en streeft ernaar om jouw golfspel leuker te maken en vragen op een duidelijke manier te beantwoorden.